maandag 2 december 2013

Dit is wat Het Proces nog steeds met me doet (excursieverslag #04)



Het Proces van Toneelgroep Oostpool
De Rotterdamse Schouwburg, Schouwburgplein 25 Rotterdam               
28 november 2013
Domein – Theater

Schuldig, omdat je leeft, en waaraan dat wil niemand je zeggen. De aanklacht knaagt als een rat aan je geweten en wereldse verleidingen spelen een listig spel met je geest. Niet jij, maar alles om je heen bepaald waar je staat, of valt. Uitzichtloos wanneer je ontdekt dat niets wat jij ooit deed iets aan jouw situatie kon veranderen. De deur valt hoe dan ook in het slot. Gevangen door de advocaat van de duivel, stapt Josef K. verlamd vrijwillig uit het leven.   

|Een boekbewerking van Joeri Vos, regie in handen van Marcus Azzini, gebaseerd op de in 1915 geschreven roman ‘Der Process’ van Franz Kafka.|

Toneelgroep Theater, de voorloper van Toneelgroep Oostpool maakte in 1970 al een succesvolle bewerking van het verhaal van Kafka, in de regie van Jan Grossman. Ruim 40 jaar later is het acteur Stefan Rokebrand, hoofdrolspeler van Josef K., die de aanzet geeft bij Toneelgroep Oostpool om wederom met een bewerking van Kafka te komen. Dit keer een stuk gespeeld door zeven mannen en één vrouw die met elkaar meerdere personages vertolken. Het decor vouwt zich steeds om de hoofdrolspeler heen en laat hem geen kant op. De vierde wand wordt speels doorbroken en maakt het publiek onderdeel van het proces.

Wanneer ik terugdenk aan de voorstelling herinner ik mij de opening- en slotscène nog goed en zie nu pas een verbinding. Het stuk begon met een mysterieuze, nog niets zeggende ijsbreker. Een van de personages, een onhandig – je zou kunnen zeggen naïef - type, klimt op een hoge ladder die hij vooraan het podium heeft neergezet. Eenmaal op die ladder haalt hij een plastic doorzichtig zakje uit zijn broekzak en blaast er lucht in zodat het blijft hangen als een klein parachuutje. De handeling herhaalt hij met nog drie plastic zakjes totdat hij er genoeg heeft en ermee begint te jongleren, al wiebelend op de hoge ladder. Na drie uur voorstelling eindigt het stuk op diezelfde ladder, op exact dezelfde plaats vooraan op het toneel, als Josef K. zijn eindvonnis tegemoet gaat. Je zou kunnen zeggen dat hij het hele stuk symbolisch balanceerde op die wiebelende ladder, totdat iemand genadeloos en zonder reden de vaste grond onder zijn voeten vandaan trapt. Wat in werkelijkheid ook gebeurde. Het was een choquerend, maar mooi kloppend einde. Al vanaf de eerste scene wist je dat dit hem nog te wachten stond.       

Dit is wat Het Proces nog steeds met me doet. Het is een denkstuk en staat bol van de verwijzingen. De wetenschap dat elk detail nauwkeurig is geplaatst in de context van het moment en een betekenis heeft, maakt dat ik cluedo-achtig zoek naar ontdekkingen die ik nog niet heb gedaan.
Het Proces is de verbeelding van Franz Kafka’s kijk op het leven, met de rechtbank als metafoor. Voorafgaand, tijdens de inleiding, werd ik enorm nieuwsgierig gemaakt door de toelichting van de regisseur Marcus Azzini over Het Proces. “Oordeel niet te snel. Niet over de personages, niet over de man zelf, niet over de vorm, over alles niet… Een voorstelling is een kunstwerk, dat duurt even”. Met deze opmerking in gedachten was ik vastberaden het stuk van Kafka te ontrafelen. Ik voelde de drang om verder te kijken dan wat ik direct zag, of wat de teksten mij in de eerste plaats vertelden. En dat lukte. Het was geweldig knap en boeiend om naar te kijken en het heeft me hongerig gemaakt voor meer van dit. Toneel zoals ik dat nog niet kende.

De gemiddelde leeftijd van de bezoeker schat ik op 40+. Bij de inleiding werd duidelijk dat veelal liefhebbers van Kafka’s werk hierop af waren gekomen. Met uitzondering van studenten zoals wij (die voor hun minor kunst en cultuur management georganiseerd hierop af kwamen) en andere jongeren (die zeer waarschijnlijk ook van een toneelopleiding waren en verdieping zochten bij deze voorstelling). Heel toevallig speelde er die avond ook een ander stuk van toneelgroep Oostpool in De Schouwburg namelijk Hideous (Wo)men, in de kleine zaal. Om de beleving van de avond te vergroten en een Arnhems tintje aan de avond toe te voegen, was er de mogelijkheid diverse Arnhemse specialiteiten aan te schaffen, zoals Arnhems witbier, Gelderse worstjes en Arnhemse meisjes. Ook kon iedere bezoeker gratis het magazine van Toneelgroep Oostpool meenemen. Deze seizoensbrochure is prachtig vorm gegeven en is gevuld met uitgebreide interviews van makers en spelers. Een goed reclamemiddel van Oostpool wat er aanlokkelijk uitziet.

Een minpunt van de avond was het oncomfortabele interieur. Voor een lange zit als deze waren de zittingen van de stoelen echt niet zacht genoeg. Ook de beenruimte was aan de krappe kant. De prijs van 10 euro voor een kaartje, waarbij we halverwege ook nog eens door konden schuiven naar eersterangs plaatsen, valt alles mee.

Kortom, een bijzondere ervaring met toneel zoals ik dat nooit eerder heb gezien.  
      
Door Laura Vooges
    

Bronnen

-Toneelgroep Oostpool. (z.d.). Voorstellingen. Geraadpleegd op 2 december 2013, van http://www.toneelgroepoostpool.nl/voorstellingen

-Toneelgroep Oostpool. (2013). Het Proces. Halfjaarlijks magazine en seizoensbrochure inéén, 3, 16-21


zondag 1 december 2013

De samensmelting van twee ideeën (Idee-ontwikkeling)

"Comfortzone"

Op de een of andere manier is dit het woord wat in me op komt wanneer ik onze ideeën, die van mij en die van Wieteke, bekijk. Beide hebben we tot nu toe gezocht naar iets wat ons fascineert en gevonden. Zoals Wieteke geïnspireerd raakt van bepaalde textiel materialen en hierbij waarden als 'natuurlijk', 'transparantie' en 'eenvoud' weet te noemen, ging ik op zoek naar de kenmerken van mijn ideaalwereld met als waarden 'puur', 'eenvoud' en 'warmte'. We zijn kennelijk geneigd om onszelf onder te stoppen in wollige, warme, knusse, lieflijke en vooral positieve gedachtes; de ultieme comfortzone!

Die mierzoete conclusie wekt een bepaalde afkeer bij me op. Terwijl we brainstormen over onze samensmelting van ideeën komen er alleen maar rebelse concepten in mijn gedachte omhoog. Laten we iets doen wat totaal buiten onze comfortzone ligt. Het lijkt me leuk die grenzen op te zoeken. We hebben ideeën om grote contrasten of tegenstrijdigheden beeldend weer te geven. Hoe we dat precies doen houden we nog even geheim. Het wordt in ieder geval geen Live Performance waarbij we zittend op een gebreid kleedje bloemenkransjes rijgen, al Nick & Simon achtige liedjes neuriënd...  



                          aaw koetie koetie
    



zondag 24 november 2013

Niet voor iedereen (excursieverslag #02)

V2_Lab Show @ Eendrachtsstraat 10 Rotterdam        
20 november 2013
Domein –

De ontdekhoek voor volwassenen. Dat is mijn eerste associatie na mijn bezoek aan V2_Lab in Rotterdam.

V2_Lab is initiator van kunstprojecten die hedendaagse problematiek in kunst, wetenschap, technologie en samenleving aan de kaak stelt. Het lab is een autonome zone waar experimenten en samenwerkingsprojecten kunnen plaatsvinden buiten de beperkingen van economische en politieke vereisten. Activiteiten zoals expertmeetings, workshops, conferenties en tentoonstellingen worden er georganiseerd om een bijdrage te leveren aan individuele projecten.

Zowel de website als het programmaboekje van V2_Lab staan vol met gecompliceerde Engelse teksten over ongetwijfeld hele interessante onderzoeken en installaties. De V2_Lab Show is niet zomaar even vluchtig te bezoeken. Ze presenteren er heel uiteenlopende technische installaties en zonder tekst en uitleg blijft er veel interessants onbesproken, terwijl ik daar juist (achteraf) zo nieuwsgierig naar ben.

Inmiddels ben ik gewend aan het feit dat je als bezoeker van galeries, musea en exposities zelf op onderzoek uit moet om het achterliggende verhaal te ontdekken. Ik hoopte op een boeiende spreker, die ons langs alle werken zou leiden en daarover fascinerend zou gaan vertellen. Helaas bleef het bij een kort welkom en introductie en een ‘kijk vooral lekker rond’ boodschap. Met een programmaboekje in de hand was ik als bezoeker op mijzelf aangewezen. Ik ben nu eenmaal geen lezer - nooit geweest -  en ik heb dan meestal niet het geduld om ter plekke informatie tot mij te nemen, via een programmaboekje. Dat nodigt mij gewoon niet uit. Ik besef mij hoe gewend of (ver)wend ik ben geraakt door andere kunstvormen als podiumkusten en muziek, die meer tot mij spreken. Bij muziek en theater ontstaat er al snel een connectie, omdat het vaker spreekt tot de verbeelding, herkenbaar is, mooi klinkt of eruit ziet. Dat is dan het element waardoor je geboeid raakt. Bij de V2_Lab Show vraagt het meer actie van mijn kant. Dus achteraf thuis, ga ik toch eens opzoeken wat het was wat ik daar gezien heb.
                                                      

Ik begin bij de Solace – a soap film apparatus (voor mij een reusachtige zeepbellen machine). Uit de tekst begrijp ik dat Nicky Assmann, bedenker van de Solace, een dynamische en tijdelijke ruimte wil creëren door het optrekken van zeepgordijnen welke vervolgens in spiegels lijken te veranderen. De schimmen van de toeschouwers, die op een bankje voor het werk zitten te kijken, worden geprojecteerd in de grote zeepbel. Door trillingen en bewegingen in de lucht verandert de zeepbel steeds van gedaante, totdat hij uit elkaar spat. Een bijzonder mooi gezicht hoe dit voortdurend wordt herhaald en er toch steeds anders uitziet. Het was leuk om te zien hoe de halve klas met (bijna) open mond gebiologeerd naar de installatie zat te staren. Alsof ze telkens helemaal op gingen in de zeepbel en ook weer teleurgesteld in elkaar zakte wanneer hij plots uit elkaar spatte.


Een ander object deed me herinneren aan iets van vroeger, Bioscope van Jon Stam & Simon de Bakker. Vroeger had je van die speelgoedapparaatjes waarmee je dia’s kon bekijken. Bioscope is een soortgelijk apparaat, maar dan vertaald naar deze tijd. In plaats van verwisselbare kaarten met dia’s erop, maakt de Bioscope gebruik van usb sticks. Door te draaien aan het wieltje, voor- of achteruit, kun je fragmenten bekijken. De makers willen hiermee iets uitdragen over bijvoorbeeld de afnemende interesse in fysieke aanraking door onder andere het digitale tijdperk.

De uitleg rondom de installaties blijft ondanks de tekst in het programmaboekje heel vaag en ingewikkeld. Wat de ontwerpers er precies mee bedoelen en hoe zoiets tot stand komt blijft onduidelijk en dat vind ik jammer. Het zou voor hun een uitdaging zijn om dit veel concreter te maken voor bezoekers. Als iets vaag en ingewikkeld blijft spreekt het ook niet en lijkt de boodschap daarmee ook niet over te komen. Iedere kunstenaar wil toch gehoord en begrepen worden?

Achteraf gezien zou ik een dergelijke expositie niet nog eens willen bezoeken. Niet op deze manier in ieder geval. Ik mis de uitleg en daarmee heb ik dingen gezien, maar niet begrepen. V2_Lab Show is kennelijk niet voor iedereen. Jammer.



Bronnen
-V2.nl. (z.d.). Lab show. Geraadpleegd op 24 november 2013, van http://v2.nl/lab
-Programmaboek V2_Lab Show. (z.d.). Geraadpleegd op 24 november 2013. 

De papercut van Kuin Heuff (excursieverslag #01)

The House of ABABA @ Witte de Withstraat 7a Rotterdam        
20 november 2013
Domein – Beeldende kunst


Een laagdrempelige kunstgalerie schuine streep kunstwinkel moet de mens dichter bij de kunst brengen. Met die gedachte ontwikkelde Jeroen Everaert, eigenaar van Mothership, het concept The House of ABABA. Met Mothership legt hij de focus op kunst in de openbare ruimte door zelf te produceren en daarnaast  te begeleiden en bemiddelen bij kunstprojecten.

De zogenoemde kunstschatkamer aan de Witte de Withstraat wordt door galerista Sophie Bargmann en Mothership gepositioneerd als laagdrempelig, royaal en betaalbaar en daarmee noemen zij zichzelf vernieuwend ten opzichte van de geïnstitutionaliseerde manier van kunstverkoop, galeries met een hoge drempel.
Op woensdag 11 september opende ABABA haar deuren en sindsdien wordt er ook hard gewerkt aan een webwinkel om de aan- en verkoop van kunst nog meer te bevorderen. In ABABA hangen werken van gevestigde namen naast beginnende artiesten en zijn de prijskaartjes aantrekkelijk voor zowel grote als kleine uitgaven. Voor ieder wat wils dus. Wat ook kenmerkend voor ABABA is, is het direct kunnen meenemen van de aangekochte kunst. In galeries is het gebruikelijk dat verkochten werken nog enige tijd in de galerie bewaard blijven, totdat de tentoonstelling of expositie verloopt. Bij ABABA verandert het aanbod steeds, naarmate stukken worden gekocht en daarmee is ABABA nog meer een kunstwinkel dan een galerie.  

ABABA heeft in tegenstelling tot de verwachting geen neutrale uitstraling door witte muren en lege ruimtes. De met rood beschilderden muren ogen juist heel druk en zorgen voor een warm ontvangst. Gevoelsmatig werd er van alles door elkaar gepresenteerd. In het midden van de ruimte trok een megabanaan direct alle aandacht bij binnenkomst. Gevolgd door porseleinen en glimmende beelden van fictiefiguren. Zowel de vloer, de wanden en het plafond vormden een display waarop en waaraan de werken werden gepresenteerd.


Ik vond met name de beelden te kitsch. De overdreven koppen en creaties met onwerkelijke vormen en uitsteeksels kon ik niet goed waarderen. Ik vond ze eigenlijk allemaal niet mooi en zou zo’n werk zelf nooit kopen.

De schilderijen en tekeningen spraken mij meer aan en één daarvan heeft een grote indruk op mij gemaakt. Namelijk het werk van Kuin Heuff (Dordrecht, 1969). Kuin Heuff maakt ‘papercuttings’ door portretten te schilderen op papier en ze vervolgens te snijden in kant-achtige structuren met dit als spectaculair eindresultaat (zie afbeelding). Het portret is van Marcel Musters, gemaakt in 2010 en hang te koop in ABABA voor 5.100 euro. Van dichtbij zag ik hoe het portret uit één deel gesneden is. En vanaf een paar meter afstand komt het gesneden werk heel erg tot z’n recht. De in dit geval rode achterwand, maakt dat het werk er minder uitspringt. Ik stel me zo voor dat op een witte achtergrond of andere neutrale kleur het portret nog meer de aandacht zal opisen. Heel knap bedacht en uitgevoerd voor Kuin Heuff. Overigs een vrouw die afstudeerde aan de Willem de Kooning Academy met het vak Painting in 1995. Woont en werkt nu in Rotterdam.
  

Toch ben ik benieuwd waarom portretten op doek of papier, geschilderd of getekend mij meer doen dan andere creaties van hoofden van bijvoorbeeld steen of porselein. Het valt mij op dat ik liever naar één persoon op een doek kijk dan naar een doek wat een tafereel of scene laat zien. Enkele personen boeien mij meer dan een heel verhaal in een lijst. De komende tijd zal ik tijdens de excursies hier nog meer op letten om mijn persoonlijke voorkeur(en) en de redenen daarvan nog helderder te krijgen.


Bronnen

-Enterthemothership.com. (z.d.). Projecten: The House of Ababa gaat lekker. Geraadpleegd op 24 november 2013, van http://www.enterthemothership.com/the-house-of-ababa-gaat-lekker/

-Heuff, K. (z.d.). werk: papercuttings. Geraadpleegd op 24 november 2013, van http://www.kuinheuff.nl/werk.php

-Misspublicity.nl. (z.d.). Pressroom: Nieuwe winkel ABABA maakt kunst toegankelijk. Geraadpleegd op 24 november 2013, van http://www.misspublicity.nl/persbericht.html/persbericht/480



zondag 27 oktober 2013

Dit is 'm! (Idee-ontwikkeling)




Dit is 'm!
Als ik één foto moet kiezen uit de reeks van verzamelde foto's voor mijn idee-ontwikkeling dan is het deze.
Deze foto komt het dichtst in de buurt van alles wat ik tot nu toe heb ontdekt en gevonden in dit proces.
Het beeld laat zien, blote voeten, vrij zijn, zon, warmte, lekker weer, gemak, wandelen, genieten, rust, eenvoud en ga zo maar door.

Wat begon bij waterkraantjes of fonteintjes in typisch Franse dorpjes, liep uit tot een verlangen naar die stille en rustige idyllische plaatsjes. 

Als ik het beeld moet omschrijven noem ik het idyllisch. 

Wel stel ik mijzelf de vraag "en wat nu?!"
Op dit punt aanbeland weet ik even niet de volgende stap te maken. 

zondag 20 oktober 2013

Excursieverslag #07 Slechts weinig deed me veel

1 oktober 2013 / Rotterdam
Tentoonstelling WIT – Nederlands Fotomuseum [toegepaste kunst - fotografie]

Wanneer ik terugdenk aan mijn bezoek aan het Nederlands Fotomuseum in Rotterdam, kan ik mij twee werken helder herinneren. De rest van de werken zijn vluchtig aan mij voorbij gegaan. Ik heb het bewonderd, bij sommige stil staat kijken en andere totaal voorbijgelopen. Ik herinner mij dat ik het ervoer als een kunstzinnige overload. Te veel en te divers, al was het thema WIT een duidelijke ‘rode’ draad in het geheel.

De tentoonstelling WIT| FOTOGRAFIE, KUNST, DESIGN, MODE, FILM is al vanaf 14 september te zien in het Nederlands Fotomuseum en blijft daar nog tot en met 5 januari 2014. Het toont bestaand en nieuw werk van zowel nationaal als internationaal talent, gevestigde en opkomende kunstenaars (Nederlandsfotomuseum.nl, z.d.). Studenten kunnen voor 4,50 (voltarief 9,00) tussen 10.00 en 17.00 uur het museum bezoeken. 

Fotografie is de leidraad in deze hele collectie, samengesteld door Anne van der Zwaag (gastcurator bij de ontwikkeling van het BLACK&WHITE programma in het Nederlands Fotomuseum). “Wit staat voor een nieuw begin, een onbeschreven blad. Deze kleur vormt het uitgangspunt voor een veelzijdige tentoonstelling waarin het publiek in aanraking komt met verschillende betekenissen van wit. WIT is multidisciplinair, presenteert documentaire-, portret- en landschapsfotografie, maar ook kunst, mode, design, architectuur, film, video en meer. Wit gaat over onze maatschappij, over verschillende culturen, religie en politiek. WIT is historisch en eigentijds; een ontdekkingstocht langs verhalen en belevenissen vol met tegenstellingen tussen licht en donker, open en dicht, leven en dood.” Aldus van der Zwaag.

Wat mij in z’n algemeen altijd tegenvalt, wanneer ik musea bezoek, zijn de lappen tekst. Het is heel tegenstrijdig want ik wil juist zien én daarnaast begrijpen wat ik zie, maar toch staat het me tegen om al die lange teksten te lezen. De werken zelf worden vaak enkel aangeduid met de naam van de kunstenaar en soms een naam van het werk, maar enige toelichting ontbreekt. Ik mis die toelichting. Zeker wanneer ik voor bijzondere creaties sta. Vrijwel nooit krijg ik direct een antwoord op mijn ‘WAAROM!?’ vraag.
Online ontdekte ik de achtergrond en kunstenaar van dit prachtige tweeluik. Ik stuitte op de website van Stichting Borstbeeld en trof daar de naam van Nederlands topfotograaf Krijn van Noordwijk aan. 
In het museum – kijkend naar zijn werk – kwam opvallend genoeg het woord borstkanker niet in mij op. Uit de informatie op de website blijken deze portretten te zijn gemaakt in opdracht van de Stichting om bewustwording te creëren over de behandelingsmogelijkheden van borstkanker (Stichtingborstbeeld.nl, z.d.). De portretten zijn gemaakt van vrouwen die een directe borstreconstructie hebben ondergaan en moesten de kracht en schoonheid van deze vrouwen tonen. Wat ik zo mooi vind aan dit werk is de gespiegelde compositie en de tegenstrijdigheid door de verschillende huidskleuren. Door het kleurverschil van de handen op de huid wordt nadrukkelijk de focus gelegd op de borsten van de vrouwen. Met de aanleiding tot dit werk in gedachte kan ik stellen dat het onderwerp mooi is uitgebeeld. Ze zijn krachtig en elegant en absoluut niet seksueel, want dat zou afbreuk doen aan dit werk in deze context.




Dit was leuk! Het duurde even voordat ik en mijn medebezoeker door hadden wat er hand was met het linker afgebeelde werk. De vier portretten hangen ondersteboven aan de wand en terwijl we de gezichten bekeken ontdekte we iets geks. De manier hoe de ogen ons ‘wel’ normaal aankeken, terwijl de hoofden op z’n kop hingen was vreemd. Uiteindelijk ontdekte we dat zowel de ogen als de mond in alle portretten rechtop stonden (zoals je ze zou zien wanneer de portretten normaal aan de wand zouden hangen). Om te laten zien wat een raar effect die fotobewerking heeft, heb ik de afbeelding eigenhandig omgedraaid (zie rechterafbeelding). Hier heb ik de strekking van het werk nog niet ontdekt, maar toch vond ik het leuk dit speelse werk even te noemen. Het trok in het museum in ieder geval de nodige aandacht, door bezoekers die in een vreemde houding – met hoofden tussen de benen – probeerde dit raadselachtige werk op te lossen. Leuk!

De les die ik leer uit dit bezoek is dat niet alles mij hoeft te interesseren. Dat ik eruit mag halen wat voor mij op dat moment van betekenis is en dat het ok is om werken te negeren. Daarbij besef ik mij ook dat kijken naar kunst een vak is. Je kunt ervoor kiezen alleen basic te ´kijken´ naar wat je ziet, maar wanneer je leert door kunst heen te kijken en je gaat begrijpen welke vragen het je stelt, dan maak je van kunst begrijpen een vak. Ik merk zelf dat ik meer wil dan alleen kijken. Ik wil de vragen zien en verbanden kunnen leggen, dus ik kies voor het vak; kunst!

Door Laura Vooges





Bronnenlijst

Internetbronnen
-Nederlands Fotomuseum. (z.d.). Tentoonstellingen & Activiteiten - WIT| FOTOGRAFIE, KUNST, DESIGN, MODE, FILM. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.nederlandsfotomuseum.nl/nl/tentoonstellingen-activiteiten/tentoonstellingen/actueel/-evenement/51-wit-fotografie-kunst-design-mode-film

-Zwaag, A. van der. (z.d.). Meet Anne – Personal. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.meetanne.com/p/personal

-Stichting Borstbeeld. (z.d.). fototentoonstelling. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.stichtingborstbeeld.nl/fototentoonstelling


maandag 14 oktober 2013

De zoektocht gaat verder (Idee-ontwikkeling)

Inmiddels een stapje verder in het proces van mijn (uiteindelijke) visuele product. Ik ben blij met de sfeerimpressies die ik heb gemaakt door middel van de fotocollages. Ze weerspiegelen precies het idyllische gevoel wat ik ook al had bij de afbeeldingen van de kraantjes.

De sfeer waar ik naar op zoek ben is tevens iets ongrijpbaars. Het is een voorstelling van een onbereikbare wereld, waar ik stiekem en vaak onbewust naar verlang. Mijn hectische leven ziet er alles behalve rustiek en natuurlijk, laat staan idyllisch uit. Af en toe een momentje voor mezelf komt niet of nauwelijks voor in mijn agenda. Dat doe ik overigens helemaal zelf (dat weet ik wel) en toch heb ik vaak het gevoel dat alles en iedereen (behalve ikzelf) mij deze extreme drukte aandoet. Goeie zelfreflectie zou je zeggen, maar helaas heeft nog geen één van mijn zeshonderd veertien smart geformuleerde leerdoelen ervoor gezorgd dat dit probleem nu voor eens en altijd tot de geschiedenis behoort.  

Dus, rust. Dat is het thema wat ik ga zoeken in dit creatieve experiment. 

Als tip kreeg ik mee nog meer beelden te verzamelen die mij hetzelfde idyllische gevoel geven zoals eerder. En in plaats van beelden kreeg ik toevallig het idee om te zoeken naar muziekfragmenten en muziekstijlen die passen bij de sfeer en het gevoel wat ik krijg als ik naar de afbeeldingen kijk. Ik heb dé muziek nog niet gevonden. Sommige muziekstukken komen in de buurt, maar neigen toch andere associaties op te roepen dan termen als warm, buiten, natuur, hout en Franse sfeer. 
Popmuziek: daar begin ik bij

Deze komen in de buurt. Akoestisch gitaar lijkt nog het dichts in de buurt te komen, maar de tekst moet ook aansluiten; vind ik. Het moet niet té up-tempo zijn, daarmee wordt het weer te druk. Juist een beetje relaxed gepingel of melodramatische muziek. 

Faithful - Brook Fraser

Een nieuwe collage 
"Bare Feet"

Blote voeten, in contact met de aarde, puur, dicht bij jezelf, vrede.






zondag 13 oktober 2013

Zoek de sleutels!

Essay #06        

Onlangs werd ik er weer bij bepaald dat het zo ontzettend moeilijk blijkt voor theaters om te overleven. Het gaat me aan het hart berichten te lezen over het zoveelste theater dat haar deuren definitief sluit, onder de noemer wegbezuinigd. Het stopzetten van subsidies maakt het voor veel theaters onmogelijk om nog door te gaan, want vele van hen steunden grotendeels op deze bron van inkomsten. Na jaren lang gewaardeerd te zijn en relevant bevonden voor dat stukje maatschappij wat zij bedienden, behoren ze nu ineens tot de categorie eentje teveel, niet ondernemend of vooruitstrevend genoeg of te weinig internationaal georiënteerd. ‘Helaas, uw organisatie komt per 1 januari 2013 niet meer voor, op ons lijstje gesubsidieerde. Wij wensen u veel succes met de voortzetting van uw organisatie.’ BAM! In een klap van de kaart geveegd. Pijnlijk, moeilijk en verdrietig. Dat is de realiteit. Dit kan toch niet zomaar!? Waar ligt de sleutel tot succes van financiële onafhankelijkheid? Noem mij naïef om te denken dat die er is, maar tot het tegendeel bewezen is zal ik ernaar zoeken.

Wat ik veel zie gebeuren is dat bestaande theaters allerlei nevenactiviteiten gaan aanbieden, om zoveel mogelijk inkomsten te genereren. Van kinderfeestjes tot de verhuur van diverse ruimtes en het aanbieden van workshops en horecamogelijkheden. Soms een beetje in strijd met de bestaande missie en visie van de organisatie. Zo las ik laatst op de website van Hofplein Rotterdam dat zij tegenwoordig ook basis cursussen theater aanbieden voor volwassenen (HofpleinRotterdam.nl, z.d.). Ik begrijp die uitstap financieel gezien natuurlijk wel, maar Hofplein was volgens mij altijd een theaterschool voor en door kinderen en jongeren. Met dit aanbod lijkt Hofplein Rotterdam een nieuwe straat in te slaan met het verbreden van hun huidige doelgroep.
Een ander voorbeeld. De Rotterdamse Schouwburg heeft haar functie als theatermaker en programmeur verder uitgebreid (Wijbrand Schaap, 2013). Theatercafé Floor en de Schouwburgfoyer vormen nu samen een grote ontmoetingsruimte en tevens werkplek, die zeven dagen per week geopend is voor ieder die daar gebruik van wilt maken. Een twaalf meter lange videowall brengt de actualiteit in het theater. Met deze uitbreiding verlengt de Schouwburg haar contacttijd met haar bezoekers, van enkel geopend te zijn in de avonden nu ook overdag bereikbaar voor publiek. Een goede zet vind ik, om de ruimtes op diverse manieren in te zetten en daarmee met uiteenlopende functies een divers publiek aan te spreken. Op deze manier is de Schouwburg niet alleen een plek waar men, mits gereserveerd, in de avond een voorstelling kan bijwonen, maar ook een openbare ruimte waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Jan Zoet, voormalig directeur van de Rotterdamse Schouwburg, adviseert zijn opvolger het volgende: “Zorg dat je in verbinding blijft staan” (2013).  

In het tijdschrift High Profile Events, een magazine over business events, las ik in de editie juni 2013 een artikel over Tobacco Theater in Amsterdam (Baarsel. van, 2013, pp. 42-43). Ondernemer Erik van Wilsum, oprichter van PromoPodium en Uitjes.nl, kocht eind 2007 in Theaterstraat De Nes in Amsterdam een historisch pand. Rond 1900 diende dit pand als tabaksveilinggebouw totdat het in de jaren 60 werd omgebouwd tot een theater. Het gesubsidieerde Cosmic Theater was de voormalige eigenaar van Tobacco, waardoor van Wilsum met deze aankoop niet alleen een nieuw kantoorpand rijker was, maar tevens de beschikking kreeg over een theaterzaal (Tobacco.nl, z.d.). Hij combineerden zijn bestaande aanbod van compleet verzorgde stadsuitjes, bedrijfsfeestjes en een podium voor onder andere productpresentaties, met het nieuw te gebruiken theater voor intieme theater dinershows, theatervoorstellingen, kookworkshops en evenementen als DansPaleis van Kooten. Het begon niet eens met een idee, maar met een locatie, aldus Erik van Wilsum.

De manier waarop van Wilsum zijn nieuwe bedrijfspand met een theater verleden wist te gebruiken om zijn onderneming uit te breiden, is één van de sleutels tot succes. Hij speelt in op het historische karakter van de locatie en heeft daarmee een bijzonder en interessant verhaal te vertellen aan zijn doelgroep. Door transparant te zijn creëert hij een bepaalde waarde en dat maakt hem deels zo succesvol. Tevens is zijn diversiteit in aanbod een kracht. Hij is niet afhankelijk van één markt, maar richt zich zowel op het bedrijfsleven als de particuliere branche. Een slimme combinatie.
Maas Theater en Dans, een podium en gezelschap van professionele makers voor kinderen, jongeren en jong volwassenen, is ontstaan uit een fusie van theatergroep MAX. jeugddansgezelschap Meekers en theatergroep Siberia (Maastd.nl, z.d.). De fusie leidde tot een frisse start op een nieuwe locatie en op een leuke en aansprekende manier wist Maas Theater en Dans, met haar eerste productie, de bezoekers kennis te laten maken met alle ruimtes van het gebouw. Zij stralen daarmee openheid en transparantie uit en laten heel concreet zien wie ze zijn en wat zij als organisatie meemaken. Nog zo’n sleutel.

Om succesvol te zijn moet een theater trouw blijven aan haar eigen identiteit. Dat betekent niet dat zij enkel theater moet aanbieden, maar juist gebruik moet gaan maken van alle capaciteiten die zij bezit. Gebruik het gebouw, gebruik de verhalen die erover bekend zijn en betrek het publiek in alle ontwikkelingen die van betekenis zijn voor de organisatie, door transparant te zijn. Verras het publiek met creatieve combinaties en wees veelzijdig. Elk aspect van de identiteit van een theater maakt haar uniek ten opzichten van andere theaters.

Ik realiseer mij dat de genoemde sleutels niet 100 procent garant zullen staan voor alle financiële zorgen in theaters. Toch ben ik ervan overtuigd dat waar deuren worden gesloten er altijd ergens een andere raam of deur open gaat, al is het op een kiertje. En die ingang moeten we met elkaar zien te ontdekken.



Bronnenlijst
-Baarsel van, B. (2013). Tobacco Theater: alive and kicking. High Profile Events, 42-43.
-Hofplein Rotterdam (z.d.). Korte cursussen. Geraadpleegd op 13 oktober 2013, van http://www.hofpleinrotterdam.nl/pagina.php?id=1193
-Maas Theater en Dans (z.d.). Algemeen. Geraadpleegd op 13 oktober 2013, van http://www.maastd.nl/over-maas/algemeen/
-Schaap, W. (2013). Jan Zoet: “zorg dat je in verbinding blijft staan”. Geraadpleegd op 13 oktober 2013, van http://www.wijbrandschaap.nl/2013/07/jan-zoet-zorg-dat-je-in-verbinding-blijft-staan/
-Tobacco (z.d.). Geschiedenis. Geraadpleegd op 13 oktober 2013, van http://www.tobacco.nl/info/geschiedenis.html




donderdag 10 oktober 2013

Excursieverslag #06 IN de ruimte

16 oktober 2013
Gravity – Arcaplex bioscoop Spijkenisse [3D-film]


Zwevend in de ruimte. Zo bewonderde ik onlangs één van mijn favoriete actrices Sandra Bullock. In de film Gravity speelt zij de astronaut Ryan Stone en deelt ze -  in de 91 minuten durende film – de ruimte met tegenspeler George Clooney (ook astronaut) in de rol van Matt Kowalski. Een goed, spannende en door de 3D bewerking levensechte film, wat zich tot de laatste scene volledig in de ruimte afspeelt.

Voor de prijs van 9,50 per persoon kochten ik en mijn vriend een kaartje. Vervolgens moest je nog apart daarvan een 3D-bril aanschaffen ( 1,50 per stuk) in het geval je die niet toevallig uit je binnenzak tovert. Dit kon alleen bij de bar, de plek waar alle versnaperingen worden verkocht. Daar heeft Arcaplex slim over nagedacht. Wat let je – nu je toch al in de rij staat -  om gelijk ook even een cola en een popcorn erbij te nemen. De prijs!! Want ze rekenen al drie euro voor nog wel de kleinste bekermaat! Voor 22,00 euro zaten we in een half gevulde bioscoopzaal – op een plek naar keuze – met stiekem meegesmokkelde eet- en drinkwaren om van ons avondje uit vooral geen ‘dure’ aangelegenheid te maken. Brillen op en de film mocht wat ons betreft gaan beginnen.

De 3D bewerking van de film Gravity is een grote aanvulling. Met de hype van 3D films werd deze bewerking nog wel eens onnodig ingezet en kon je je afvragen wat het dan nog voor extra’s toevoegt aan de inhoud van een film. Gelukkig was dit bij Gravity niet het geval en ervoer ik al snel de meerwaarde van het mee zweven in de ruimte. De film is prachtig vormgegeven en door de 3D bewerking heb je letterlijk het gevoel dat je dicht bij de acteurs bent en ze kunt aanraken als je dat zou willen. Dit zorgde er ook voor dat ik volledig opging in de film en nauwelijks werd afgeleid of zelfs mijn ogen afwende van het beeld. Ik heb de volle 91 minuten geboeid en vol spanning – hangend aan de arm van mijn partner – naar het beeld gestaard. De poging mij als bezoeker even los te maken van tijdsbesef is dus helemaal gelukt. Nu begrijp ik ook waarom het achteraf altijd zo’n bende is op en naast de stoelen, omdat je in zo’n status van concentratie gemakkelijk naast je mond of de popcornbak reikt (om maar niets te missen).

Het verhaal was niet zozeer nieuw. Een drietal werkende astronauten in de ruimte, in een rustige eerste scene, waarvan je al weet dat er ergens iets zal misgaan. Daar zat ik dan ook op de wachten. Wanneer elders in de ruimte een Russische satelliet ontploft met de dreiging op langsvliegende brokstukken, begint de opbouw van spanning. Als het team dan daadwerkelijk wordt geraakt en Ryan met een hoge snelheid het donkere heelal in wordt geslingerd begint de film pas echt.


De spanning zit ‘m in meerdere aspecten van de film, zoals een zuurstofmeter die langzaam het nulpunt bereikt, evenals de brandstof van Matt’s vliegapparaat. Ook lijkt het er meerdere malen op alsof de film geen ‘happy ending’ bevat, hoe graag je daar als toeschouwer natuurlijk op hoopt. Ik werd helemaal meegetrokken door medelijden met Ryan en bewonderde meerdere malen de acteerkwaliteiten van Sandra in de manier waarop zij zo gelaagd en diep speelde. Haar emoties kwamen zo puur naar boven en waren heel herkenbaar en op sommige punten bijna ondragelijk om te zien. Knap gespeeld en geregisseerd moet gezegd worden!

Verassende wendingen brengen de film tot een verassend einde wanneer Ryan na een ruige vlucht weer voet op aarde zet. Één minpuntje daarbij is de onuitputtelijke kracht die ze heeft om na haar ruimtereis, van misschien wel dagen of maanden in de ruimte los van zwaartekracht, eenvoudig op te staan en land te belopen alsof dat in die situatie de normaalste zaak van de wereld is. Dat had voor mij wat realistischer gemogen.

We verlaten de film met een voldaan gevoel en twee 3D brillen als aandenken. Een van begin tot eind boeiende en spannende film waarbij de bezoeker - met stoel en al - mee zweeft in de ruimte!

Bronnenlijst
Internetbronnen
-Kempenaar, L. (2013). Recensie: film Gravity. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.xgn.nl/film/review/50578/gravity-film/
-Arcaplex. (z.d.). Gravity – filmprogramma. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.arcaplex.nl/filminfo/1000001341/gravity  

maandag 7 oktober 2013

Is iets niet wat het lijkt?

Essay #05

Onlangs heb ik gemerkt dat het doorgronden van iemand die je goed kent, niet zo eenvoudig blijkt te zijn. Sterker nog, het ontrafelen van een persoon die je denkt voor je te hebben houdt mij in de nacht nog wel eens wakker. Blijkbaar zijn wij mensen in staat, onszelf op een manier te presenteren aan de buitenwereld die anders is dan de werkelijkheid. We dragen de meest uiteenlopende maskers en versieringen op, om en aan wanneer we daar behoefte aan hebben. Eenmaal thuis gaat de paardenstaart weer in, schuiven we onze voeten in stoffige sloffen en verdwijnt de o zo vrolijke grimas als sneeuw voor de zon. En wat zijn we daar goed in! Toch gaat er geen moment van twijfel onopgemerkt aan mij voorbij, wanneer mijn waarnemingen, de dingen die ik zie en hoor, niet lijken te kloppen met wat ik voel. Gelukkig kan mijn intuïtie niet praten, want anders zou het je vragen; Wie ben jij!?    

Een foto met daarop een meisje, uitsnede krap langs haar hoofd tot op haar schouders, is de aanleiding van mijn gedachte. Ik kijk dwars door haar glazen ogen heen, in een gezicht volledig bedekt onder een doorzichtige lap stof, rondom weggestopt in de leren kraag van haar jas. Haar verschijning, haar misschien wel vermomde voorkomen doet mij afvragen waarom!? Waarom verstoppen we voortdurend wie we zijn? En wat is het, dat bij ons de behoefte aanwakkert om steeds eerst weer die verkleedkist in te duiken; voor we onze veilige vertrouwde vier muren verlaten.

Wanneer ik meerdere malen de foto bekijk moet ik denken aan het begrip ‘zelfbescherming’. Iedereen maakt in zijn leven leuke en minder leuke dingen mee. En met name die minder leuke ervaringen zitten muurvast in ons geheugen. Het zijn fragmenten in ons hoofd die steeds tot in detail worden afgespeeld, zodra we eraan terugdenken. Doordat we die ervaringen herbeleven hebben we de behoefte om muren te bouwen; om zo te kunnen verbergen wat het werkelijk met ons als persoon heeft gedaan.
Ik begrijp heel goed dat mensen hier niet graag over praten. Het lastige is, dat hun gedrag daardoor soms onverklaarbare acties toont, die voor buitenstaanders, de mensen aan de andere kant van die muur, niet te plaatsen zijn. Het is alsof er een hoofdstuk, ergens in de kern van een boek aan je voorgelezen wordt en de rest van het verhaal je niet verteld wordt. Ik besef me dat zij een groot deel van haar verhaal onuitgesproken laat en dat bewust doet; uit zelfbescherming.

De vraag is, of ik iets of iemand alleen kan gaan begrijpen of doorgronden, wanneer ik het verhaal ken van begin tot eind. Alleen al een blik in iemands ogen kan veel zeggen. Net zoals de kleine bewegingen in het gezicht van een opgetrokken wenkbrauw of de stand van de mond. Als ik die dingen waarneem moet dat mij toch al voldoende vertellen? Waarom mensen hun negatieve ervaringen afschermen voor anderen is nu dus te verklaren. Als eerste uit zelfbescherming en het zal ook met het ego en de eigenwaarde te maken hebben. Je laat tenslotte niet graag je zwakke kanten zien. Maar toch heb ik de drang om die tegenstrijdige waarnemingen te onderzoeken. Dat is een karaktereigenschap van mij waar ik moeilijk omheen kan. Ik doe dat in alles. Ik wil graag de dingen helder hebben en als dat niet lukt pluis ik het uit. Misschien is het bij vriendschap juist een uitdaging om dat niet te doen. Misschien moet ik op dat vlak iemand in zijn waarde laten en accepteren dat zij sommige dingen nooit zal vertellen.

De worsteling die ik voer, lijkt gelijk aan het proces van het leren kijken naar doeken van oude schilders uit onze geschiedenis. Net als bij het meisje op de foto kijk ik er snel doorheen, maar vertelt het mij niets of niet alles wat ik wil weten. Het raakt me niet. Althans, dat heeft het nog niet gedaan. Ik denk dat ik het verkeerd heb aangepakt. Ik probeer steeds wat ik zie in te vullen met mijn eigen interpretatie, maar ik ontdek dat ik vergeet vragen te stellen. Ik vergeet bijvoorbeeld te vragen; meneer de kunstenaar, waarom heeft u deze vrouw geschilderd? Waarom heeft u ervoor gekozen om haar somber af te beelden? Helaas zal geen enkel schilderij dit in woorden aan mij vertellen, noch de schilder zelf. Toch laten ze het wel zien. Dat geloof ik oprecht wanneer ik andere mensen naar kunst zie kijken en hoor hoe zij daarover kunnen praten. Dat maakt mij nieuwsgierig, want zij zien blijkbaar dingen die ik niet zie. Hoe kan dat? Ik denk het antwoord te hebben gevonden in het stellen van de juiste vragen. In plaats van kijken en oordelen moet ik vragen stellen. Ook moet ik accepteren dat ik niet alles kan ontrafelen. Dat wordt de uitdaging. Vragen stellen en accepteren dat niet altijd alles aan het ligt zal komen.   


Door: Laura Vooges










dinsdag 1 oktober 2013

Excursieverslag #05 Met je lijf communiceren

02 oktober 2013
The Great Bean – Rotterdamse Schouwburg
Scapino Ballet Rotterdam – (theater [dans])

Op woensdagavond 2 oktober stond de discipline dans op het programma. Samen met een aantal andere studenten en docenten bezocht ik de premièreavond van de dansvoorstelling The Great Bean in de Rotterdamse Schouwburg. Tevens was dit mijn eerste bezoek aan de Schouwburg dus mijn verwachtingen waren hooggespannen.  

Een premièreavond met een driedelig programma bestaande uit drie afzonderlijke dansopvoeringen van drie verschillende choreografen. Beginnend om 20.15 met Blind Spot van choreograaf Felix Landerer, gevolgd door Let it Spin van choreografe Fang-Yu Shen en als hoofdact Scapino’s nieuwe productie The Great Bean, gemaakt door Ed Wubbe (Scapino-directeur & choreograaf). Hij koos de Amerikaanse vermaakindustrie, de roaring twenties en de jaren daarna als thema voor zijn productie. “De lichte en naïeve wereld van het variété”, aldus Ed Wubbe. Wubbe liet de twee huischoreografen vrij om een eigen interpretatie aan het door hem gekozen thema te geven en dat heeft geresulteerd in drie totaal verschillende benaderingen (Scapinoballet.nl, z.d.). 

Ik werd vriendelijk ontvangen door een portier van de Rotterdamse Schouwburg en betrad vervolgens een open en ruimtelijke foyer waar al aardig wat vrolijk- en nieuwsgierig gestemde bezoekers zich bevonden. De toon werd meteen gezet door het sfeervolle akoestisch spelende trio – bestaande uit cello, cajón en gitaren - die mijn gevoel van een veelbelovende avond versterkte. Getrakteerd op een consumptie van het huis wierp ik een blik op het programmaboekje wat mij als ‘nieuweling’ alleen nog maar meer in verwarring bracht, omdat ik nog totaal geen voorstelling had bij wat ik die avond te zien zou gaan krijgen. Mijn enige houvast was het feit dat er ‘gedanst’ zou gaan worden.


De lichten gaan uit, terwijl bij mij de spanning stijgt vanwege het onbekende. Vol verwachting schuif ik naar het puntje van mijn stoel om alles van zo dichtbij mogelijk te kunnen aanschouwen wat mij getoond wordt. Het doek gaat open wanneer het geluid van fluisterende stemmen aanzwelt.
Verwonderd en geboeid keek ik naar een vorm van kunst die mij compleet nieuw was. Dans, moderne dans van het veelbesproken dansgezelschap van Rotterdam; het Scapino Ballet. Ik vond het fascinerend om te zien waartoe het menselijk lichaam allemaal in staat is. De eerste dansvoorstelling bevatte veel organische bewegingen (begreep ik naderhand). Heel vloeiend en in elkaar overlopend waren alle bewegingen van de groep dansers als het ware aan elkaar gekoppeld. Met mooie lichteffecten, waarvan lichtbanen en spots afwisselend de dansers volgden, in het licht zette of ze juist verbande uit het licht. Er was een duel gaande tussen één danseres en de groep en het leek alsof zij elkaar wilden naderen maar het contact werd steeds onderbroken. Het gaf mij een triest gevoel wanneer aan het einde van het stuk de rollen waren omgedraaid. De danseres was nu één geworden van de groep en de danser – haar geliefde zoals ik dat zag – stond verslagen daarbuiten. Gevangen en eenzaam, alleen in de spot.      

Ik ben inmiddels zo gewend aan ‘hapklare’ kunst of entertainment – waarin ik gemakkelijk wordt meegevoerd in een verhaal – dat nu van mij wordt verlangd zelf te associëren en mijn fantasie en interpretatie de vrije loop te laten. Niet eenvoudig en zeker niet direct begrijpbaar, maar het greep me wel, al werd het mij niet toegeworpen. Ik denk dat ik moet leren kijken naar deze discipline. Ik spreek de ‘lijftaal’ nog niet vloeiend, maar ben ervan overtuigd dat dat moet groeien. Ik sta zeker open voor die ontwikkeling.

Tot slot;
Ik vind het heel knap hoe een choreograaf of choreografe een visie en kijk op het leven zo kan vertalen in bewegingen. Zij spreken een taal die bestaat uit bewegingen, vloeiend, schokkend, in elkaar overlopend en ondersteund door niet alledaags muziek of bizarre geluiden. Communiceren met enkel en alleen je hele lijf. Dat is het.


Bronnenlijst
Scapino Ballet. (z.d.). Voorstellingen – The Great Bean. Geraadpleegd op 7 november 2013, van http://www.scapinoballet.nl/nl/pages/voorstellingen+the_great_bean

maandag 30 september 2013

Mijn Franse sfeer (Idee-ontwikkeling)


De kraantjes van twee weken geleden waren het uitgangspunt voor mijn verdere zoektocht naar de Franse sfeer. De volgende collages geven iets weer van mijn associatie met dat sfeertje. 


Warm, buiten, natuur en hout.

Idyllisch - vreedzaam, aantrekkelijk door eenvoud en onschuld.

Het gevoel van vrij zijn, genieten, stilte of rustgevende geluiden als druppelend water en het geluid van voetstappen op een ongelijke landweg bezaaid met bladeren, zand en zaden.


vrijdag 27 september 2013

Excursieverslag #04 Ademloze eerste secondes

01 november 2013
Rachmaninov en Brahms De Doelen Rotterdam

Rotterdams -Philharmonisch Orkest [ muziek]


Met spanning in mijn lijf beleef ik ademloos de eerste seconden van een klassiek concert, uitgevoerd door het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Het is zo nieuw, mooi en verassend tegelijk dat ik nauwelijks durf te slikken nog te bewegen op mijn stoel. Het is muisstil in de zaal en de goede akoestiek maakt dat elk gekraak of geschuif luid weerkaatst tussen de muren in de grote zaal van de Doelen, het huis van muziek midden in het centrum van Rotterdam. Wat een gemis dat ik dit nooit eerder heb ontdekt!

Op het programma stukken van Rachmaninov en Brahms (Kodály - Galánta-dansen, Rachmaninov - Pagnini-rapsodie en Brahms – Symfonie nr. 2), onder leiding van dirigent Andrés Orozco-Estrada (de frisse jong uitziende man op de foto hierboven). Het stuk van Rachmaninov werd geleid met piano, gespeeld door Masataka Goto. Dit stuk vond ik het mooist. Het had iets romantisch en werd prachtig opgebouwd. De muziek was vloeiend en speels, terwijl de symfonie van Brahms juist alle uiterste bereikte. Dat sprong van klein en zacht naar heel heftig en uitbundig en juist die abrupte overgangen kon ik niet waarderen. Tot mijn verbazing ging de muziek mij niet vervelen. Het kijken naar de musici fascineerde mij nog het meest. Heel mooi was het om te zien hoe alle strijkstokken synchroon danste in de muziek en hoe elk detail helder verstaanbaar was. Ondanks dat geen van alle instrumenten versterkt waren.   


Zonder enige voorkennis nam ik plaats in de grote zaal, voor tachtig procent gevuld met ouderen. Het viel me op hoe vol de zaal eigenlijk zat. Dit in tegenstelling tot vele theaters die het tegenwoordig moeten doen met slechts half gevulde zalen. Voor een beschamend lage prijs van zeven euro werd ik twee uur geamuseerd door het orkest van zeker honderd musici. Dit is dan wel het studententarief. De gewone tarieven variëren tussen 21 euro voor een derderangs kaart en 52 euro voor een kaart in de toprang (Rotterdams Philharmonisch, z.d.). Studenten tot en met 26 jaar en CJP houders (cultureel jongeren paspoort) krijgen behoorlijk veel korting en mogen voor dit tarief plaatsnemen in alle rangen. Het mag wel duidelijk zijn dat het Rotterdams Philharmonisch Orkest graag het jonge publiek ontvangt om hun voor toegankelijke prijzen te laten kennis maken met klassieke muziek. Een goede zet vind ik. Los daarvan moet het gesubsidieerde deel, om dit orkest in stand te kunnen houden, een behoorlijk groot bedrag zijn. Dat bewijst maar weer dat een kunstdiscipline als deze een onbetaalbare aangelegenheid zou worden als overheidssubsidies hier niet meer in tegemoet komen.  

Het concert bestond uit twee delen, afgewisseld met een pauze. Zowel vooraf als tijdens de pauze werd er gratis koffie en thee geschonken. Tevens was de garderobefaciliteit gratis. Voor andere dranken kunnen de bezoekers ook terecht bij de wijnbar of het Doelen Café. Het gebouw van de Doelen heeft een zeer ruime opzet. Bij binnenkomst oogt het als een ruime kubus met hoge ruimtes, waarbinnen aan weerszijde staan- en zitplaatsen zijn ingericht. Door die ruime opzet heb je niet het idee dat er in de looppaden oponthoudt ontstaat. De doorstroom van bezoekers van en naar buiten en in- en uit de zalen verliep soepel. Een nadelig punt is het feit dat achteraf alle gezelligheid en mogelijkheden tot een drankje zich verplaatsen naar het Doelen Café. De gangen en de foyer zelf stroomde binnen een kwartier na afloop totaal leeg. Blijkbaar is het niet de bedoeling dat bezoekers hier nog wat blijven napraten.

Op mijn terugreis naar huis laat ik deze bijzondere ervaring nog eens rustig op mij inwerken. Ik ben in ieder geval om en enthousiast gemaakt om meer van dit klassieke genre te willen ontdekken.

6 november 2013

Door Laura Vooges



Bronnenlijst

Internetbronnen
-Rotterdam Philharmonisch. (z.d.). Bestel Tickets. Geraadpleegd op 6 november 2013, van https://tickets23.ticketmatic.com/addevent.php?a=OUBoHS3DoSw&e=LO0z9Mlg22Y&s=53dH509M12I&l=nl


-De Doelen. (z.d.). Concerten, agenda – Rotterdams Philharmonisch Rachmaninov en Brahms. Geraadpleegd op 6 november 2013, van http://www.dedoelen.nl/nl/concerten/agenda/4141/-rotterdams philharmonisch/rachmaninov_en_brahms/